Groots beeld uit New York van Brabantse kunstenaar op voorplein

Tilted Head lijkt gemaakt te zijn van natte klei, maar wie het indrukwekkende kunstwerk aanraakt – en in de publieke ruimte mag dat – voelt koud metaal. Een verwarring die typerend is voor het werk van Manders. Aan de achterkant voorkomen twee eenvoudige stoelen en een koffer dat het beeld omvalt. Zo lijkt het, althans. Want wat op een tijdelijke constructie lijkt, is in feite permanent onderdeel van het kunstwerk. Bij het beeld is een QR code te vinden die linkt naar een acht minuten durende film, waarin de kunstenaar zelf verteld over het werk vanuit zijn atelier in België.

Nieuwe permanente plek in Brabant

Manders maakte Tilted Head voor het Public Art Fund, een stichting die internationale kunstenaars opdracht geeft om kunst te maken voor de openbare ruimte van New York. Het werk was daar van maart tot september 2019 te zien bij de ingang van Central Park. Met de nieuwe locatie in 's-Hertogenbosch krijgt het kunstwerk van Manders nu een nieuwe permanente plek.

In 2022 ontstond het plan om Tilted Head aan te kopen, niet alleen omdat de kunstenaar in Brabant is geboren en opgegroeid, maar vooral omdat het werk de verbeelding op gang brengt en een brug slaat tussen mensen en ideeën. Dit kenmerkt namelijk ook de collectie van Het Noordbrabants Museum. Het werk sluit aan bij de aardse wereld van Van Gogh. Terwijl het mystieke aspect van Tilted Head raakt aan bijvoorbeeld Bosch en JCJ Vanderheyden.

Zelfportret als gebouw

Al het werk dat Manders creëert, maakt deel uit van een groot conceptueel zelfportret: Zelfportret als gebouw. Het is een levenswerk waaraan hij sinds 1986 werkt en dat door de jaren heen wordt aangevuld en herzien. Manders' werken zijn altijd onderdelen van dat geheel, al gaan ze als op zichzelf staande kunstobjecten de hele wereld over.

Over Mark Manders

Mark Manders werd in 1968 in het Noord-Brabants dorp Volkel geboren. Zijn creatief talent werd opgemerkt door een dorpsgenoot, die hem de gelegenheid gaf om werk te maken en zijn immense boekenkast met kunstboeken voor hem opende. Hierdoor geïnspireerd geraakt, volgde Manders een opleiding aan de Hogeschool voor de Kunsten in Arnhem, waarna hij al snel doorbrak in de internationale kunstwereld. In 1992 won hij de Prix de Rome en vertegenwoordigde Nederland in 2013 tijdens de 55ste Biënnale van Venetië. Het werk van Manders was onder meer te zien in SMAK (Gent), het Museum of Modern Art (New York), Palais de Tokyo (Parijs) en The Walker Art Center (Minneapolis).

De aankoop is tot stand gekomen met steun van het Mondriaan Fonds - rijkscultuurfonds voor beeldende kunst en cultureel erfgoed-, en dankzij de deelnemers van de Vriendenloterij en Stichting Vrienden van Het Noordbrabants Museum. Het museum is alle partijen uitermate dankbaar, juist omdat dit een kunstwerk is dat permanent zichtbaar is voor iedereen, ook zonder entreebewijs.